zorgaanbieders
Zorgaanbieders
Zoek en vind uw zorgaanbieder bij u in de buurt of in een bepaalde regio
Geen zorgaanbieders gevonden
Abortuskliniek informatie

Inhoud

Abortus (Arte) Provocatus, ook wel Abortus Provocatus Lege Artis of opzettelijke vruchtafdrijving genoemd, is de medische term voor het voortijdig afbreken van een zwangerschap door (medisch) ingrijpen. In het Nederlands wordt meestal kortweg de term abortus gebruikt voor deze handeling.

Het woord 'abortus' betekent in de medische terminologie alleen voortijdige geboorte of miskraam. Een miskraam wordt door medici dan ook wel aangeduid als een 'spontane abortus'. De volledige term abortus provocatus komt uit het Latijn: aboriri = vergaan of verloren gaan en provocare = oproepen.

Het verhinderen van de innesteling van een bevruchte eicel door het innemen van de morning-afterpil wordt door sommigen ook beschouwd als een vorm van abortus provocatus, maar dit onderwerp wordt op deze pagina niet verder beschreven.

Zwangerschapsduur

In Nederland is abortus provocatus onder bepaalde voorwaarden toegestaan tot de foetus levensvatbaar is buiten het moederlichaam. Dit wordt door de Nederlandse overheid op basis van de huidige stand van de wetenschap geïnterpreteerd als een zwangerschapsduur van 24 weken gerekend vanaf de bevruchting. Volgens de overheid houden Nederlandse artsen veelal een veiligheidsmarge aan omdat ze er zeker van willen zijn binnen de termijn te blijven, waardoor in de praktijk veelal een termijn wordt aangehouden van 22 weken en enkele dagen na de bevruchting. De onderste grens van levensvatbaarheid daalt door de vooruitgang die geboekt wordt in de neonatologie. De twee jongste kinderen die als prematuren geboren werden zijn waarschijnlijk James Elgin Gill (geboren op 20 mei 1987 in Ottawa, Canada, na 21 weken en 5 dagen zwangerschap) en Amillia Taylor (geboren op 24 oktober 2006 in Miami, Florida, na 21 weken en 6 dagen zwangerschap). Beiden werden minder dan 22 weken na de bevruchting geboren en groeiden uit tot gezonde kinderen.

Methodes

De drie meest voorkomende methodes van vruchtafdrijving zijn:

  • inname van de "abortuspil"
  • zuigcurettage
  • prostaglandinebehandeling

Twee andere methodes worden veel minder vaak toegepast:

  • de dilatatie- en evacuatietechniek en embryotomie (methode van Finks
  • sectio parva (keizersnede).

Abortuspil
De abortuspil (mifepristone, oorspronkelijk gekend als RU 486) wordt sinds 1 februari 2000 in Nederland gebruikt en kan ingenomen worden tot 49 dagen na de eerste dag van de laatste menstruatie (= 3 weken over tijd). Deze pil maakt in 83 % van de gevallen het embryo los van de baarmoederwand en veroorzaakt een abortus. Gecombineerd met een lage dosis prostaglandinen wordt het percentage verhoogd tot 96 %. 1 à 3 dagen later wordt dan misoprostol toegediend om weeën op te wekken.

Zuigcurettage
Bij zuigcurettage wordt de foetus uit de baarmoederholte verwijderd door middel van een buisje verbonden met een vacuümpomp. Deze methode is enkel geschikt tot 12 weken zwangerschap bij een vrouw die nog geen kinderen heeft gehad en tot 14 weken bij een vrouw die wel al kinderen heeft gebaard, omdat hierna de lichaamsdelen van de foetus te omvangrijk worden om door het buisje te passeren.

Bij een zuigcurettage die toegepast wordt bij een vrouw die 16 dagen tot 14 weken zwanger is, gebeurt de ingreep soms onder narcose omdat hierbij vaak de baarmoederhals wordt opgerekt. Deze ingreep duurt ongeveer 15 minuten. De vrouw kan meestal dezelfde dag nog naar huis. Heel vaak wordt de ingreep poliklinisch uitgevoerd onder plaatselijke verdoving. In dat geval kan de vrouw na een paar uur naar huis.

Prostaglandinebehandeling
Bij een prostaglandinebehandeling die doorgaans bij een zwangerschapsduur van meer dan 13 weken wordt toegepast, maakt de arts het vruchtvlies stuk, zodat het vruchtwater wegloopt en de vrucht in de baarmoeder sterft. De vrouw krijgt vervolgens weeënopwekkende prostaglandinen ingespoten waardoor ze na 6 tot 12 uur een levenloze foetus baart. Tijdens deze behandeling krijgt ze valium toegediend, zodat het niet te pijnlijk is.

Dilatatie en evacuatie
Dilatatie en evacuatie (D&E) of embryotomie (methode van Finks, genaamd naar de Australische arts Arnold A. Finks) kan worden toegepast wanneer zuigcurettage niet meer mogelijk is. Eerst wordt de baarmoederhals met behulp van medicijnen verwijd. Vervolgens wordt de vrouw verdoofd en kan de arts met instrumenten de foetus in gedeelten uit de baarmoeder verwijderen.

Intacte dilatatie en evacuatie kan worden toegepast bij een zwangerschap van meer dan 28-30 weken. Deze techniek wordt slechts zeer zelden gebruikt. Ook deze vorm van D&E wordt onder verdoving uitgevoerd nadat de baarmoederhals is verwijd. De arts trekt met een instrument de foetus gedeeltelijk uit de baarmoeder, de voeten eerst. Vervolgens wordt via een incisie in de schedelbasis de schedelinhoud van de foetus verwijderd waardoor de dood intreedt. Tenslotte wordt de foetus in zijn geheel uit de baarmoeder gehaald.

Keizersnede
Als abortus provocatus niet kan uitgevoerd worden door dilatatie en evacuatie, wordt de vrucht bij grote uitzondering door middel van sectio parva verwijderd

Mogelijke complicaties

Hoewel een abortus provocatus medicinalis geen al te grote gevaren met zich brengt indien deze ingreep wordt uitgevoerd door een ervaren medicus, bestaat er toch altijd kans op complicaties zoals een infectie, bloedingen, perforatie van de baarmoeder, bloedstollingsstoornissen of een cervixscheur. Complicaties treden op in circa 0,8 % van de abortieve ingrepen. Het meest voorkomende verschijnsel na een abortus is een paar dagen sterker dan normaal vloeien. Het gebruik van een maandverband is dan meestal voldoende.